honderd
Turkse knopen

4

stramienmaat en dubbelingen

Er is een verband tussen de stamienmaat van je vlechtschema en de dikte van het touw. De stramienmaat is de afstand S tussen de lijnen van het schema.

Het touw moet natuurlijk zowiezo dunner zijn dan de stramienmaat en met dun touw kunnen meer dubbelingen worden gemaakt dan met dikker touw.

Globaal kun je aanhouden dat de breedte van het enkele touw of dubbelingen niet meer dan 80% van de stramienmaat kan zijn. Maak je het breder dan komt de knoop heel strak in elkaar te zitten. Dat is niet alleen lelijk maar ook heel lastig om te maken.

Let op!
Je moet er rekening mee houden dat een enkelvoudige knoop of een met dubbelingen vrijwel nooit de hele stramienmaat zal vullen. Daardoor zal de gemaakte knoop altijd wat in elkaar zakken, minder hoog zijn, dan op het patroon en wordt de diameter (en omtrek) van de knoop groter. Om de knoop strak om het gekozen voorwerp te krijgen, moeten alle slagen stuk voor stuk aangehaald worden. Daarbij komt er dus touw vrij uit de knoop.

© theo